<=terug [jubilea] verder=>
PASTOOR DONKERS 40 JAAR PRIESTER 1980Uit: Het Nieuwe Stadsblad, woensdag 23 april 1980
40 jaar priester
Het wonderlijke leven van pastoor DonkersSCHIEDAM – Gezien zijn sobere en bescheiden levensstijl vond het feestcomité van de H. Hart parochie in Schiedam-Zuid het niet gemakkelijk een geschenk te verzinnen voor pastoor N. J. Donkers, die op zondag 11 mei zijn 40-jarig jubileum als priester hoopt te gedenken.
Uiteindelijk besloot men geld in te zamelen voor de aanleg van een speelterrein achter de kerk. Het lijkt misschien een vreemd cadeau, maar voor pastoor Donkers is heet dat allerminst: hij heeft altijd een grote gebondenheid gehad met de jeugd, die pastoors werkkamer beschouwt als een vast honk waar ze vertrouwelijk kunnen praten.
in de vijftien jaar dat hij aan het hoofd van de H. Hart parochie staat heeft pastoor Donkers het predikaat “vertrouwensman” verworven en met name de jeugd beschouwt hem als zodanig. In hun vrije uren komen ze een partijtje tafeltennissen (de tafels staan in de kerk), biljarten of een praatje maken.
Zo tot hun 23e, 24e jaar hebben die jongens daar een enorme behoefte aan, zegt pastoor Donkers. “De jaren daarvoor verkeren ze in een rotleeftijd, daar moet je ze doorheen helpen. Heel dikwijls hebben we hier diepzinnige gesprekken tot en met”.BESCHULDIGING
Pastoor Donkers kwam op 17 juli 1965 naar Schiedam-Zuid. Hij arriveerde er per schip. In de kerk hangt een cartoon, getekend door een begaafde jongeman uit Zuid, die aan die dag herinnert: pastoor Donkers staat aan de reiling en zwaait als een soort Sint Nicolaas naar de wachtenden op de kade.
“Eigenlijk ben ik vóór mijn tijd hier gekomen” vertelt de pastoor. “Ik was kapelaan in Delft en nog lang niet aan de beurt. Maar pater Krekelenberg, in zijn tijd heel beroemd omdat hij stenen gooide door de ruit van een sexboetiek, had me aangebracht bij de bisschop. Hij vond mij veel te vrij in wat ik de jeugd vertelde.”
De beschuldigingen kwamen er op neer dat kapelaan Donkers “de vrije liefde zou propageren”. De pastoor, nog nagrinnikend om die beschuldiging: “Ze moeten toen gedacht hebben, laat-ie maar in Schiedam-Zuid gaan zitten”.WONDERLIJK
De H. Hart parochie leek geen gemakkelijke opgave. In 525 jaar heeft de parochie 9 pastoors gehad, die gemiddeld slechts een paar jaar bleven. De zeereerwaarde Heer N. J. Donkers zit er inmiddels al 15 jaar.
In de eerste twee jaar, die hij voornamelijk aan huisbezoek besteedde, moest hij telkens dingen horen als “O, weer een nieuwe. U viert zeker binnenkort weer een jubileum, even de buit binnenhalen, en dan weer wegwezen”.
“Ik heb toen gezegd: “Ik zal hier nooit een jubileum vieren. Maar ja, daar ben ik vanaf gestapt”.” Dat laatste zegt hij breed lachend. Uit die begintijd stamt ook dat wonderlijke verhaal van het beeld van St. Nicolaas, dat pastoor Donkers op de kerkkas zette, die op dat moment praktisch leeg was.
“Er was geloof ik een saldo van tachtig gulden en iedereen had er een hard hoofd in hoe ik ´t financieel zou redden. Toen ik ´t beeld op de kas zette zei ik vol vertrouwen “dan komt er vast wel wat”. Iedereen dacht natuurlijk dat ik een beetje getikt was.
Veertien dagen later overleed meneer De Bruin uit de parochie. Hij liet alles aan de kerk na, bij elkaar zo´n tienduizend gulden. Zelfs zijn trouwring ging naar de kerk. Die bewaar ik nu nog in m´n portemonnee.”
Zulke wonderlijke geschenken vielen de parochie vaker ten deel en telkens op een tijdstip van hoge nood.VERTROUWEN
Zo was het bisdom enkele jaren geleden van plan de kerk in Schiedam-Zuid te sluiten. De elektrische bedrading moest veranderd en het dak was hard aan reparaties toe. Bij elkaar gingen die werkzaamheden vele tienduizenden guldens kosten.
Het bisdom achtte dat financieel niet verantwoord. “Maar je kunt zo´n mooie kerk toch niet sluiten,” riep pastoor Donkers, waarop hij als antwoord kreeg dat die “mooie kerk” veel te duur werd.
In het volste vertrouwen zei pastoor Donkers toen: “Er komt wel iets”, en “een paar dagen later belde er iemand op die vroeg, “Pastoor, hebt u trek in vijftigduizend gulden?””
Het aanbod kwam uit Oudewater, waar de kerk veel geld in kas had en naar een doel zocht om het te besteden. De bedrading werd omgebouwd, het dak gerepareerd.
Even mysterieus is het verhaal van de verwarming in de kerk, die door een aanstaande bruidegom met vakkennis voor een onwaarschijnlijk laag bedrag werd aangebracht. De man was voornemens in de kerk te trouwen maar wilde dat wel graag bij een aangename temperatuur doen.
De verwarming werd geïnstalleerd, maar bruid en bruidegom kwamen nooit opdagen: hun verloving was uitgeraakt.BOEIEND
“Ik heb een boeiend, woelig leven achter de rug,” zegt pastoor Donkers peinzend. Een beetje verwonderd laat hij er op volgen: “Als ik er op terugkijk vraag ik me af, waar heb ik het allemaal aan verdiend? als ik moet omschrijven wat een pastoor is zeg ik, hij doet zelfs eigenlijk niks, ´t wordt ´m als ware opgedrongen, of toegeworpen zo je wilt. Ik ben er zelf wel eens verlegen van”.
Pastoor Donkers heeft als katholiek altijd de lijn van “het eigen vrije inzicht en geweten” benadrukt. Zij die dat begrepen wisten dat altijd ten volle te waarderen.
Zo werd hij wel eens de “Don Camillo van Schiedam” genoemd en kon hij het met bijvoorbeeld de communistische voormannen in Zuid goed vinden, al verschilden ze natuurlijk dikwijls van mening.
Want bij welke geestelijke kan een politieke tegenstander, zoals de communist Detmeier in Zuid deed bij pastoor Donkers, de fiets komen lenen om het dagblad “De Waarheid” te bezorgen?
Dezelfde CPN schonk trouwens vier jaar geleden 25 gulden aan de H. Hartparochie als bijdrage voor het fonds van de verlichting der kerktoren, al schreef men in een begeleidend briefje uitdrukkelijk dat “het geld niet voor de kerk was, maar voor het algemeen welzijn”.KANARIE
Het leven van pastoor Donkers is vol van dergelijke gebeurtenissen. Misschien omdat hij, zoals hij het zelf zegt, afkomstig is uit een gewoon arbeidersgezin met negen kinderen en zich door zijn sobere manier van leven als een bescheiden, hartelijk mens presenteert.
In Schiedam Zuid is hij niets minder dan een instituut, iemand bij wie men altijd kan aankloppen. Dat vooral de jeugd, die ook in de Dukdalf onder de kerk regelmatig bijeenkomt, van die mogelijkheid dagelijks gebruik maakt, is eigenlijk niet verwonderlijk: pastoor Donkers zit al ruim 25 jaar in het jeugdwerk en leidde in Zwaag (NH), Delft, Rotterdam en elders jeugdclubs. “Ze noemen me weleens opa, maar dat hoort erbij”.
Pastoor Donkers werd tot priester gewijd tijdens het bombardement op Rotterdam op 14 mei 1940. Ook aan dat ogenblik herinnert een cartoon in de kerk: tijdens de plechtigheid kijkt de nieuwe pastoor angstig uit het raam en ziet de bommen vallen: het woelige begin van een woelig leven.
In de veertig jaar dat hij zijn ambt uitoefendezag pastoor Donkers veel veranderen. Hoewel er steeds minder kerkgangers overbleven, gelooft hij toch “dat het geestelijk leven nooit zo goed is geweest”. “Vroeger liepen we achter de mensen aan en als je op huisbezoek ging praatte je over de kanarie en de poes, maar nu heb je het al na vijf minuten over de zin van het leven”.BRIEF
De funktie van de kerk is ongrijpbaar, het mysterie blijft eeuwig bestaan. En als je God een beetje de kans geeft, dan grijpt Hij die. Ja, ik praat nu wel over mysteries, maar ondertussen sta ik wel met twee voeten in de klei hoor” zegt hij er onmiddellijk achteraan.
Vorig jaar werd pastoor Donkers 65. Hoewel de mogelijkheid bestond, ging hij niet met pensioen. Hij accepteerde een herbenoeming voor twee jaar, daarna kan hij nogmaals voor één jaar en vervolgens nogmaals voor een periode van twee jaar benoemd worden.
Van zijn schrijftafel haalt hij een brief van een collega die wel in ruste is. Pastoor Donkers leest de brief voor, die begint met “Amice pastoor” en waarvan de strekking is dat in een bejaardentehuis zitten ook niet alles is.
“Ik moet er niet aan denken” zegt hij. De pastoor blijft liever op zijn flat aan de Havendijk, in de nabijheid van zijn kerk. Zolang hij kan zet hij zijn werk voort. “Wat er daarna gaat gebeuren laat ik helemaal over aan de Hogere Macht” besluit hij.
ENKELE CITATEN
“Ik moet er niet aan denken om in een bejaardentehuis te zitten”.
“Toen belde er iemand op en vroeg: pastoor, hebt u trek in vijftigduizend gulden?”
“Van de gelofte dat ik hier nooit een jubileum zou vieren ben ik afgestapt”.
“Ik praat wel over mysteries, maar ondertussen sta ik met twee voeten in de klei”.H. Hart-kerk, Schiedam-Zuid (krant van 2 mei 1980)
Kerkdiensten: in de pastorie-kapel op de gewone weekdagen: dinsd. 6-5, woensd. 7-5 en vrijdag 9-5 ´s avonds te 19.15 uur, donderd. 8-5 ´s ochtends te 9.00 uur. In het weekend: zaterdagavond te 18.30 uur. Zondag 11 mei viering van een dubbel jubileum: pastoor 40 jr. priester en 15 jr. in de Gorzen. Er is maar één dienst: niet te 8.30 uur en niet te 11.30 uur maar feestelijk te 11.00 uur. Dus inplaats van 10.00 uur nu 11.00 uur.
Persoonlijke uitnodigingen worden praktisch niet verstuurd: iedereen is welkom. Na de kerkelijke viering achter in de kerk gelegenheid tot feliciteren met een drankje en een hapje. Receptie heet dat.Uit: Schiedams Nieuwsblad, jrg.5, nr.28 (14 mei 1980), door Milja de Zwart.
Pastoor Donkers viert veertigjarig jubileum.
‘Jongelui uit de Gorzen komen graag een praatje maken’SCHIEDAM – Pastoor Donkers van de Heilig Hart Kerk aan de Rijnstraat in de Gorzen vierde zondag 11 mei zijn 40-jarig jubileum. Sinds 1940 oefent hij het priesterambt uit en in al die tijd is hij in zeven kerken werkzaam geweest. In Schiedam-Zuid is pastoor Donkers al vijftien jaar een bekende figuur, en vooral bij veel jongeren graag gezien.
Het klinkt een beetje vreemd: een pastoor die in verschillende kerken zijn ambt heeft uitgeoefend. Pastoor Donkers vertelt dat het vroeger heel normaal was om, om de paar jaar van werkkring te veranderen. “De mensen leren je té goed kennen, vond men toen. Tegenwoordig is dat anders”.
De kerk aan de Rijnstraat heeft financiëel eigenlijk geen bestaansrecht meer en enkele jaren geleden dreigde het bisdom de kerk te sluiten. “Maar”, vindt pastoor Donkers, “dan zou in heel Schiedam-Zuid geen kerk meer zijn. De Hervormde kerk was toen al dicht en in de Gereformeerde kerk zit een bibliotheek. Het is financiëel wel moeilijk, want de kerk moet van 45.000 gulden per jaar in stand gehouden worden, terwijl de doorsnee-gemeentes minimaal zo’n 80.000 tot 90.000 guldens nodig hebben om draaiende te blijven. Maar in de Gorzen gebeuren zulke interessante dingen, dat ik vond dat de kerk moest blijven bestaan om zijn sociale functie te kunnen blijven vervullen.
Geen opvolger
Dat heeft wel met zich meegebracht dat ik niet zonder meer met A.O.W. kon gaan toen ik vorig jaar 65 werd. Er was geen opvolger voor me dus ben ik maar doorgegaan. Alleen wilde ik niet meer in de pastorie wonen en ik heb nu een flatje op de elfde etage. De bovenruimte van de pastorie is nu de behuizing voor de Telefonische Hulpcentrale Waterweg Noord geworden, en beneden oefenen de koren en kunnen feestjes gegeven worden”.Pastoor Donkers heeft in de veertig jaar dat hij priester is altijd erg veel belangstelling voor de jongeren gehad. “Vanaf hun twaalfde ongeveer tot hun twintigste hebben de jongelui het vaak moeilijk. Ik probeer ze te helpen door met ze te praten, ze de gelegenheid te geven zich een beetje af te reageren. Daarom heb ik ook altijd clubs opgezet: een paar ping-pongtafels, een biljart en een tafelvoetbalspel kunnen overal wel een plaatsje vinden en dan komen de jongelui maar hier spelen of sporten. In die veertig jaar ben ik vaak op het matje geroepen vanwege die clubs: er kwamen maar gemengde huwelijken, tussen jongens en meisjes van een ander geloof van.
Toen ik hier kwam was er een jeugdclub van de kerk, maar die moest weg toen de kapelaan wegging. Toen kwamen er jongelui van andere jeugdclubs, de ongebonden clubs. Ik heb tegen ze gezegd dat ze hier maar moesten komen spelen en heb een tafeltennisspel achter in de kerk gezet. Maar meissjes mogen ze niet meenemen, die brengen die jongens hun hoofd maar op hol. En het kan natuurlijk geen hippe zooi worden, het blijft een kerk hier. De jongens die hier komen maken vaak een praatje met me in de pastorie. Eerst kwamen ze allemaal met verhalen van: “pastoor, ik verveel me eige rot”, maar ze weten dat ze bij mij altijd terecht kunnen. Ze helpen ook bij karweitjes in de kerk zoals lampen ophangen (liefst bovenin de nok, lekker spannend) of nu versieren voor het jubileum. Zo kunnen ze ook nog iets nuttigs doen, want alsmaar zitten en drinken en muziek luisteren gaat ook vervelen.
Muziek
Ze mogen hun eigen muziek meenemen hier naartoe. Soms vraag ik er zelfs om, als ik het idee heb dat ik weer achterloop. Laatst heb ik ze gevraagd een paar platen voor me te kopen”. Pastoor Donkers laat me de elpee’s zien. Pink Floyd, the Romantics, Santana hebben ze voor hem uitgezocht. “Sommige vind ik ook echt mooi” bekent de pastoor.“Die jongens vragen zich soms af waarom ik die kerk in stand houd. Nou, ik vind dat zoveel mensen tegenwoordig langs elkaar heenleven. In de kerk ontstaat er een band tussen de bezoekers. En dan zijn er mensen die leven van eten, drinken en morgen gaan we dood. Ik probeer het geestelijke leven erin te houden, want mentaal moet er wel inhoud blijven bij de mensen.
Ik zie mijn functie meer als een menselijke, doorweven met de godsdienst. Mensen hebben altijd problemen, en daarin moet de kerk ze bijstaan. Ja, en als ze je mogen, gaat dat wel goed. Het is ook niet zo dat de kerken leeglopen: er komen wel minder mensen, maar alleen degenen die tegen hun zin in de kerk moesten zitten zijn verdwenen.
Daardoor is de sfeer tijdens de kerkelijke gebeurtenissen veel beter geworden dan vroeger, want men moet tenslotte niet meer. Ik vind dat wel een goede ontwikkeling, ook voor onszelf, wanneer de franjes aan het kerkelijke gebeuren zoekraken ontstaat er misschien een goede kerk op basis van verschillende culturen en opvattingen”.
Omstreeks een uur of vier lopen allerlei jongelui langs de pastorie. Ze kijken naar binnen of de pastoor er zit en zwaaien. “Die jongeren, ik ken ze bijna allemaal. Ze zoeken wat gezelligheid hier, of komen dingen die diepe indruk op hen gemaakt hebben hier bespreken. Het is maar goed dat ik nu niet meer in de pastorie woon, anders lieten ze me helemaal niet meer met rust”. Twee jongens steken hun hoofd om de deur. “Pastoor, mogen we tafeltennisen?”.
Pastoor Donkers: “Ik probeer het geestelijke leven erin te houden”.(de plaatsing op deze site is in voorbereiding)
<=terug [jubilea] verder=>